Niet normaal

27 mei, 2020 - Uitgeest

Is het 'nieuwe normaal' wel normaal?

In haar column bespreekt Marjolein Geldermans het effect van taal op onze beleving. Een teveel aan slecht nieuws maakt ons onnodig moedeloos. "We moeten meer aandacht hebben voor de goede dingen in de wereld". 

 

 

Marjolein Geldermans (aangeleverde foto)
Marjolein Geldermans (aangeleverde foto)

In dit coronatijdperk  wordt de 1.5 meter afstand het 'nieuwe normaal' genoemd. Een uitdrukking die we voor het eerst hoorden van Mark Rutte. Maar het 'nieuwe normaal' is natuurlijk helemaal niet normaal. Door het zo te noemen lijkt het alsof het altijd zo zal blijven. Het biedt geen perspectief op verandering, en zou ons dus moedeloos kunnen maken, of boos. Terwijl we juist nu hoop en optimisme nodig hebben, door te beseffen dat het tijdelijk zal zijn en dat ons gevoel klopt dat de huidige situatie niet ‘normaal’ is. Het 'tijdelijke abnormaal' zou dan ook een betere uitdrukking zijn voor deze onnatuurlijke situatie van afstand houden en vermijding van fysiek contact. Wat dat betreft speelt taal een belangrijke rol, want hoe we de dingen benoemen bepaalt voor een groot deel hoe we ze ervaren. En dat is nou precies wat zo opvalt in de media en de journalistiek; de focus ligt vooral op slecht nieuws, op datgene wat negatief is. Dreigende krantenkoppen over rampen, oorlogen, crises, hongersnoden, criminaliteit, over het slechte in de wereld en dat het allemaal nog veel erger zal worden. Dit soort berichtgeving roept gevoelens op van angst, boosheid, en pessimisme. Hoeveel slecht nieuws kunnen we nog verdragen? Ik zelf niet zoveel meer. 

Op internet hoorde ik een bevlogen boodschap van Charles Groenhuijsen, een van de meest bekende journalisten, waarin hij ten strijde trekt tegen het uitvergroten van ellende, omdat in de journalistiek de opvatting heerst dat goed nieuws geen nieuws is. Terwijl het goede nieuws ons meer hoop en energie geeft. Hij wijst op het feit dat de gemiddelde gezondheid over de hele wereld enorm is toegenomen, net als de levensverwachting, en dat de kindersterfte en extreme armoede wereldwijd zijn afgenomen. Dat er enorme vooruitgang is op het gebied van mensenrechten en onderwijs. En veel mensen beseffen dat niet omdat er zelden over wordt geschreven. Door steeds de nadruk te leggen op de ellende in de wereld zullen we op een onnodig negatieve manier naar de wereld gaan kijken. 

Natuurlijk is er, juist ook in deze tijd en in onze directe omgeving, heel veel narigheid op het gebied van gezondheid, intimiteit en werkgelegenheid. Maar het is een keuze waar je de focus op legt; op negatieve berichtgeving die leidt tot pessimisme, of op datgene dat ons optimistisch stemt. En dat laatste geeft meer moed. Ik ben ervan overtuigd dat de focus op het constructieve en het goede ons vertrouwen zal versterken en zal bijdragen aan een betere wereld. Denk bijvoorbeeld aan de duizenden vrijwilligers overal ter wereld die een enorme hoeveelheid eten koken voor mensen in nood, aan rivaliserende organisaties die nu samenwerken, aan de grote hoeveelheid mensen in de zorg die spontaan hun hulp hebben aangeboden. En het mooiste voorbeeld vind ik misschien nog wel de “solidariteitsmandjes” in Napels die op straat worden achtergelaten voor mensen die het moeilijk hebben. Er zit een briefje bij: “Stop hier iets in als je kunt. Neem iets mee als je het nodig hebt”. Staat niet in de kranten en hoor je niet op het journaal. Het is informatie die te vinden is op een website voor positief nieuws. 

Ik wil maar zeggen: er is veel goeds op de wereld. Als we daar oog voor krijgen wordt dat het 'nieuwe normaal', wat in dit geval een hoopvol perspectief zal bieden.



Door: Marjolein Geldermans